Help de tuinvogel

De lente is begonnen en wat is er nu leuker dan kwetterende vogels in de tuin? Maar veel vogels die graag hun nest bouwen in struiken hebben het moeilijk. Tijdens de Nationale Tuinvogeltelling bleek de huismus weer het meest gezien, maar hun aantal daalt helaas wel. Veel heggen zijn door de jaren heen vervangen door schuttingen en daarmee zijn belangrijke broedplaatsen én voedselbronnen voor vogels verdwenen. Hier moeten we met zijn allen dit voorjaar wat aan doen: weg met die schutting, kies voor een heg.

IVN Natuureducatie hoopt zoveel mogelijk mensen ervan te overtuigen te kiezen voor een groene tuin. Tussen het groen is het op zomerse dagen een stuk aangenamer én dat is het tegelijkertijd voor alle dieren die leven in de bebouwde omgeving.

Vogels zijn niet alleen gezellig in de tuin, ze spelen ook een belangrijke rol in het behouden van een gezond evenwicht in de natuur. Ze houden insecten onder controle, bestuiven bloemen en verspreiden zaden.

Omdat huismussen in kolonies verblijven, lijkt het alsof er nog veel huismussen zijn. Hun aantallen zijn de afgelopen decennia echter flink afgenomen. Inmiddels staan ze op de rode lijst van Nederlandse broedvogels. Hoog tijd dus om de huismus weer een thuis te geven.

Hoe doe je dit? Allereerst door te kiezen voor vogelvriendelijke beplanting. Kies inheemse struiken en bomen zoals de wilde lijsterbes en de sleedoorn. Zij bieden niet alleen een schuil- of broedplaats voor vogels, maar de bessen zijn ook een goede voedselbron. Zorg daarnaast voor een natuurlijke afscheiding: geen schutting, maar een heg, zoals de gewone haagbeuk. Plaats inheemse planten en bloemen in de tuin; die trekken vogels aan die zich voeden met insecten. Zorg tenslotte voor voederplekken en waterbronnen en gebruik geen chemische bestrijdingsmiddelen.